Hoe duur kunnen veiligheidsfouten in de zorg uitpakken? PatientVeilig.nl neemt een duik in de zorgnota’s. Deze keer: hoe stug vasthouden aan het eigen protocol ertoe kan leiden dat een fragiele chronische oudere patiënt zijn heup breekt met grote gevolgen voor hemzelf en zijn dementerende vrouw. Kosten: € 19.969 + € 60.000 per persoon per jaar!
Fotograaf: Frank Lehman
De casus
De heer Van Swieten is een fragiele man van 86 jaar met veel chronische aandoeningen, waaronder hartfalen en diabetes mellitus. Hij heeft ook al negen jaar een pacemaker. Hij woont met zijn vrouw, die beginnende dementie heeft, nog zelfstandig. Hij komt met zijn dochter Wilma van het echtpaar, op het spreekuur van dokter Lokhorst, nefroloog (nierspecialist). Zij behandelt hem voor zijn hoge bloeddruk waar hij al dertig jaar last van heeft. Wilma vertelt dat haar vader de laatste tijd last van duizeligheid heeft, vooral in de ochtend. Laatst stond hij achter de wastafel en kon hij zich nog net op tijd vastgrijpen. Ze begrijpt dat een goede bloeddruk belangrijk is, maar is hij nu niet te laag waardoor haar vader duizelig wordt? Duizeligheid komt wel vaker voor op hoge leeftijd, zegt dokter Lokhorst. Voor de behandeling van de hoge bloeddruk van de heer Van Swieten wil zij zich aan de richtlijnen van haar beroepsvereniging houden. De heer Van Swieten moet niet te snel opstaan; dat is wel belangrijk.
Wilma van Swieten is niet echt gerustgesteld, maar dokter Lokhorst blijft bij haar beleid: ze wil geen rechtszaak van nabestaanden als het verkeerd zou aflopen, zo zegt ze. Zij streeft naar een bloeddruk van 130/70 mmHg, wat inderdaad lukt. In de spreekkamer is zijn bloeddruk uiteindelijk wel laag, maar thuis vaak nog lager. Dokter Lokhorst heeft de bloeddruk nog nooit liggend en staand gemeten om orthostatische hypotensie uit te sluiten.
Het incident
Een maand later wordt er ’s ochtends aangebeld bij de familie Van Swieten. Omdat de heer Van Swieten onder de douche is, loopt mevrouw Van Swieten naar de deur om open te doen. Hij haast zich om zich af te drogen, wordt erg duizelig, valt om en raakt met zijn zij de badkamervloer. Hij voelt iets knappen en enkele felle pijnscheuten schieten door zijn lies en been. Hij kan niet meer staan. Zijn bezoek waarschuwt de huisarts. Deze constateert al snel een gebroken heup en laat de heer Van Swieten voor operatieve behandeling opnemen in het ziekenhuis. Ook regelt zij opvang voor mevrouw.
De behandeling
De heer Van Swieten wordt opgenomen in het ziekenhuis. De operatie verloopt voorspoedig, maar daarna gaat het niet goed: hij krijgt een postoperatief delier waarbij hij zijn infuus telkens verwijderen wil en ook eenmalig de blaaskatheter uittrekt. Hij knapt ook niet op, krijgt koorts en ontwikkelt een wondinfectie van de geopereerde heup. Hij wordt veertien dagen behandeld met een intraveneus toegediend antibioticum. Daarna vertrekt hij met een vac-pomp naar het verpleeghuis ter revalidatie. De revalidatie verloopt mede door de infectie maar moeizaam en na twee maanden kan het echtpaar weer ‘samenwonen;’ meneer in een kamer in het verzorgingshuis en mevrouw verblijft dan al op de bovenste verdieping die ingericht is als verpleegafdeling.
Kassabon
[ref]Verantwoording
De naam van de heer Van Swieten is gefingeerd. Aan de reconstructie van deze casus werken mee: de financieel analisten en medisch adviseurs van de Divisie Zorg en Gezondheid van Achmea en prof. dr. S.E.J.A. de Rooij, hoogleraar geriatrie-ouderengeneeskunde, AMC/UvA, Amsterdam.[/ref]
De deskundige
Sophia de Rooij, hoogleraar geriatrie-ouderengeneeskunde AMC, internist ouderengeneeskunde en klinisch geriater, Amsterdam: ‘Richtlijnen zijn niet gebaseerd op onderzoek waar ouderen met vaak flinke comorbiditeit ook aan hebben deelgenomen. Richtlijnen zijn niet absoluut en hebben vaak alleen betrekking op patiënten tot 70 jaar. Het is daarom bij ouderen vaak geboden om weloverwogen van richtlijnen af te wijken.
Wat gaat er mis in dit consult? De nefroloog gaat geen gesprek aan met de heer Van Swieten of met zijn dochter: wat zijn hun zorgen en wat vinden zij belangrijk? De diverse behandelingsopties met de voor- en nadelen die daaraan verbonden zijn, worden niet besproken. Van shared decision making is in dit consult geen sprake.
Daarnaast onderschat de nefroloog het valgevaar van de heer Van Swieten; zij kijkt niet veel verder dan het deel van het medisch handelen dat zij als haar terrein beschouwt.
De medisch specialist vindt het klaarblijkelijk moeilijk om de zorgen van de mantelzorger te beantwoorden op een dusdanige manier dat zij zich gehoord voelt.Daar komt nog bij dat het zorgveld zo ingewikkeld is ingericht dat het vervolgtraject van deze patiënt zich kan voltrekken buiten het gezichtsveld van de specialist die voor dit beleid verantwoordelijk is, in dit geval de nefroloog.’